Ga door naar hoofdcontent
misc/arrow-dots-black Nieuwsmisc/arrow-dots-blackRIVM: aantal deelnemers gecombineerde leefstijlinterventie groeit flink

RIVM: aantal deelnemers gecombineerde leefstijlinterventie groeit flink

Donderdag 16 december 2021Afbeelding RIVM: aantal deelnemers gecombineerde leefstijlinterventie groeit flink

De groei van het aantal deelnemers aan de Gecombineerde Leefstijlinterventie (GLI) zet door. Dat meldt het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) vandaag (16 december) in een tussenrapportage. In 2021 startte een flink aantal deelnemers met de GLI, meldt het instituut. Over de effecten van de interventie doet het RIVM geen mededelingen. Er wordt daar al wel onderzoek naar gedaan. Een recente studie naar de effecten van GLI (Cool) door Maastricht University laat echter “nog geen overtuigende effecten” zien, zegt hoogleraar diëtetiek Marian de van der Schueren.

De nieuwe RIVM-cijfers gaan vooral over de aantallen en de kenmerken van de populatie die deelneemt aan een GLI, en doorsnee van de volwassen Nederlandse bevolking. Over de effecten en behaalde resultaten, die betrekking hebben op meetbare gezondheidswinst, worden (nog) geen data verstrekt (1). Maar dat de GLI-deelname in populariteit stijgt, staat buiten kijf, zo blijkt nu uit de RIVM-cijfers. “In een bevolking waar een groot deel te kampen heeft met overgewicht, is dat een fantastisch bericht ”, reageert Bianca Rootsaert, directeur van de NVD. “Diëtisten zijn  een belangrijke schakel in de GLI aanpak, al dan niet in de rol van leefstijlcoach.”

Toename deelnemers GLI

Het aantal deelnemers aan de GLI is in 5 maanden tijd met ruim de helft (57%) toegenomen, blijkt uit de RIVM-rapportage: van 17.890 (peildatum 31 maart 2021) naar 28.100 deelnemers (peildatum 31 augustus 2021). Deelnemers aan de GLI kunnen meedoen aan een van de drie leefstijlprogramma’s die sinds 2019 worden vergoed door zorgverzekeraars: Cool, Beweegkuur en Slimmer.
In deze programma’s is er aandacht voor gezonde voeding, bewegen en factoren die een negatieve invloed hebben op een gezonde leefstijl, zoals stress en slaapgebrek, vandaar de naamgeving, gecombineerde leefstijlinterventie.

Deelnemers volgen het programma ongeveer twee jaar. Na een intake is er een behandelfase (van circa 9 maanden) en een onderhoudsfase. Volgens de RIVM-rapportage doen 14.303 mensen mee aan Cool (51 procent), 5.822 aan Beweegkuur (21 procent), 1.665 (6 procent) aan Slimmer en van 22 procent is het programma niet bekend (6.250 deelnemers).

Leefstijlcoach en diëtist

Twee keer per jaar brengt het RIVM een update uit over de aantallen GLI-deelnemers, kenmerken van de deelnemers en de gevolgde GLI-programma’s. Deze updates zijn gebaseerd op declaratiegegevens, die via de zorgverzekeraar bij de organisatie Vektis worden aangeleverd.

 Uit de nieuwste cijfers komt naar voren dat 4.350 diëtisten geregistreerd werden als zorgverlener aan het programma voor de gecombineerde leefstijlinterventie. Een groter deel van de zorgverleners is geregistreerd als leefstijlcoach (12.230), maar daaronder vallen ook de diëtisten die een aantekening ‘leefstijlcoach’ op hun CV hebben. Tussen 2019 en augustus van dit jaar keerden de zorgverzekeraars in totaal 8,4 miljoen euro uit aan vergoedingen voor de gecombineerde leefstijlinterventies.

Bron: RIVM

Deelnemerskenmerken GLI

Uit de declaratiegegevens van Vektis blijkt dat het merendeel van de deelnemers aan de interventies vrouw is (71%), peildatum t/m 31 augustus 2021.  De deelnemers zijn gemiddeld 51 jaar. Van de deelnemers hebben veel mensen een gemiddelde sociaaleconomische status (Ses) zegt het RIVM (40%). 28 procent heeft een hoge Ses, terwijl 32 procent een lage Ses heeft. “De meeste deelnemers hebben geen chronische aandoeningen”, meldt het RIVM. Van de deelnemers heeft 42% één of meer chronische aandoeningen. Deelnemers met chronische aandoeningen zijn gemiddeld ouder dan deelnemers zonder chronische aandoening.”
Van het totale aantal deelnemers (28.100) heeft 22% heeft alleen de intake gehad, 56% zit in de behandelfase en 22% zit in de onderhoudsfase.

Doorzet groei

Volgens het RIVM zet de groei in in aantal deelnemers aan de GLI duidelijk door in vergelijking met vorige rapportages. “Het aantal actieve GLI-aanbieders is gestegen”, zegt het RIVM. “In de vorige factsheet (peildatum 31 maart 2021) rapporteerden we dat declaraties werden ingediend door 43 zorggroepen of samenwerkingsverbanden en 72 fysiotherapeuten, nu zijn er declaraties ingediend door 50 zorggroepen en samenwerkingsverbanden en door 109 fysiotherapeuten.”

Ook meldt het RIVM dat er ten meer informatie over de kenmerken van de deelnemers te geven zijn. “Zo zijn de deelnemers van de Beweegkuur gemiddeld jonger en hebben ze vaker een lage sociaaleconomische status in vergelijking met deelnemers van Slimmer en CooL. Meer deelnemers zitten nu in de onderhoudsfase (22% in vergelijking met 17% in de vorige factsheet). Sociaaleconomische status is gelijk verdeeld over de verschillende fasen van de GLI. Gelderland heeft de meeste deelnemers. Het bereik van de GLI zal naar verwachting in 2021 ongeveer 73% zijn van de aantallen die voor 2021 verwacht werden in een budget-impact analyse die het RIVM in 2018 heeft opgesteld. Met de recente sterke toename in het aantal deelnemers zou de uitvoering van de GLI in 2022 uit kunnen komen zoals in 2018 werd voorzien.”

Aantallen versus effecten

Bianca Rootsaert

Hoewel de rapportage van het RIVM bemoedigend is rond het aantal deelnemers, zoals de NVD-directeur aangeeft, zeggen de huidige cijfers nog weinig over de werkelijke effecten van de gecombineerde leefstijlinterventies op de gezondheidswinst. Daarvoor is verdergaand onderzoek nodig. “De resultaten zijn natuurlijk ook belangrijk, dat is de verantwoordelijkheid van iedereen die de GLI aanbiedt en in het belang van iedereen die aan de GLI deelneemt”, licht Bianca Rootsaert toe. “De GLI is immers een zorgtraject en wordt bekostigd uit de basispremie.”

Volgens haar moet er nog wel meer bewustzijn komen over hoe complex de relatie tussen voeding en mens is. “Binnen de GLI wordt er aandacht besteed aan gezonde voeding en de motivatie om gezond te eten”, vervolgt Rootsaert. “Maar bij mensen met fors overgewicht en/of een comorbiditeit is gezond eten alleen niet genoeg. Het metabole systeem heeft aandacht nodig en interventies met voeding is maatwerk.” Ze geeft aan dit een  grote ‘blinde vlek’ is  bij binnen het huidige GLI-beleid en ze  pleit voor de introductie van zogenoemde GLI-plus-programma’s waarbinnen hier aandacht voor moet komen.

Onderzoek naar effecten GLI

Sinds de stimulering van deelname aan de GLI op gang kwam zijn al wel diverse wetenschappelijke onderzoeken uitgezet om effecten te meten. Onlangs kwam een eerste resultaat naar buiten van een van de eerste onderzoeken aan Maastricht University (2). In de studie werden van januari 2018 tot oktober 2020 in totaal 602 Nederlandse volwassenen gevolgd. Daarbij werd onder meer gelet op het gewicht (BMI), fysieke fitheid, motivatie, sociale factoren, persoonlijke barrières en behoeften ten aanzien van voedsel, fysieke activiteit en ervaren persoonlijke gezondheid.

De belangrijkste identificatie om aan de GLI mee te doen is het overgewicht. Als ik dan naar de resultaten kijk valt dat tegen.

De onderzoekers rapporteren dat acht maanden na het begin van de studie positieve effecten van de interventie gevonden zijn op de meeste uitkomstmaten. “We vonden een toename in alle gemeten aspecten van fysieke fitheid (uithoudingsvermogen, flexibiliteit, mobiliteit, handknijpkracht en BMI)”, schrijven ze in het onderzoek. “De grootste effecten werden gevonden op het gebied van positieve gezondheid.”

Resultaten onder de loep

Marian de van der Schueren

Marian de van der Schueren, hoogleraar diëtetiek, bekeek de resultaten van het onderzoek. “Over het algemeen wordt er op de meeste meetpunten een beetje vooruitgang geboekt”, licht ze toe. “Alle gezondheidswinst is geweldig natuurlijk. Beter iets dan niets. Maar het gaat om kleine verschillen.  De onderzoekers zien alleen een significant verschil als het gaat om positieve gezondheid, mensen voelen zich beter.”

Als het gaat om gewichtsverlies, is De van der Schueren minder vrolijk gestemd. “De belangrijkste identificatie om aan de GLI mee te doen is het overgewicht”, zegt ze. “Als ik dan naar de resultaten kijk valt dat tegen. Na acht maanden tijd, oftewel, na de directe behandelfase waarin de deelnemers aan de hand zijn meegenomen, wordt gemiddeld tweeënhalve kilo gewichtsverlies gerapporteerd, zo’n twee procent. Algemeen wordt aangenomen dat voor gezondheidswinst zo’n vijf procent minimaal is. Ook vraag ik me af of het gewichtsverlies in de onderhoudsfase gehandhaafd blijft, dat zal nog moeten blijken. Het is goed dat mensen zich beter voelen, maar de vraag is of er sprake is van een verandering van het leefpatroon.”

Behalve dat de deelnemers meer fruit aten, blijkt een veranderd eetpatroon niet uit het onderzoek, terwijl dat laatste een wel een belangrijke doelstelling is binnen de GLI. “Dat mensen zich beter voelen zou ook kunnen komen omdat ze in het programma mee gedaan hebben aan een extra intensief beweegprogramma, bovenop de ‘normale’ Cool-interventie”, aldus De van der Schueren.

Onderzoek naar effect diëtist

De hoogleraar zou graag zien dat er een vergelijkend onderzoek zou worden gedaan naar de effecten van behandeling door een diëtist, en de GLI, daar waar het gaat om bijvoorbeeld gewichtsreductie. Ze beseft dat de doelstellingen van een GLI breder zijn dan gewichtsreductie alleen, maar ze zou graag zien dat er  binnen de GLI meer aandacht komt voor de gepersonaliseerde dieetbehandeling die zich richt op een optimale voedingsstatus. Dat past ook binnen de nieuwe visie van de Nederlandse Vereniging van Diëtisten waarin het accent ligt op medische, voedings- en gedragsaspecten. “Diëtisten weten als geen ander hoe dat werkt”, aldus de hoogleraar.

Referenties:
1. Marije Oosterhoff, Talitha Feenstra, Wanda Wendel-Vos, Cindy Deuning, Ardine de WitDit, Gecombineerde leefstijlinterventie 2021: de groei in aantal deelnemers zet door, factsheet Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu

2. Philippens, N.; Janssen, E.; Verjans-Janssen, S.; Kremers, S.; Crutzen, R. HealthyLIFE, a Combined Lifestyle Intervention for Overweight and Obese Adults: A Descriptive Case Series Study. Int. J. Environ. Res. Public Health 202118, 11861. https://doi.org/10.3390/ijerph182211861

Auteurs